Verkeerstekens op het wegdek

Naast verkeersborden en verkeerslichten wordt het verkeer ook geregeld door verkeerstekens op het wegdek. Dit kunnen markeringen zijn zoals strepen, maar ook op de weg geschilderde cijfers die de maximumsnelheid weergeven of tekens zoals haaientanden en pijlen.

Kantstreep

Streep aan de rand van de rijbaanverharding.

As- of scheidingsstreep

Streep op het midden van de weg die de scheiding markeert tussen jouw weghelft en die van het tegemoetkomende verkeer.

Deelstreep

Streep die de rijbaan of weghelft voor één richting verdeelt in rijstroken.

rijbaan 2x2 1

Doorgetrokken streep

Kantstrepen, as- of scheidingsstrepen en deelstrepen kunnen uitgevoerd zijn als een doorgetrokken streep. Doorgetrokken strepen mogen niet overschreden worden. In geval van een doorgetrokken as- of scheidingsstreep mag je je ook niet links van deze streep (op de weghelft van het tegemoetkomende verkeer) bevinden. Bij een doorgetrokken streep mag je dus niet van rijstrook wisselen of inhalen.

Hierbij gelden de volgende uitzonderingen:

  • Een kantstreep mag wel overschreden worden, bijvoorbeeld om in de berm te parkeren.
kantstreep berm motor
  • Een doorgetrokken streep tussen de rijbaan en de naastgelegen vluchthaven, vluchtstrook of spitsstrook mag overschreden worden als je gebruik moet maken van deze haven of strook.
vluchthaven motor
  • Als er een onderbroken streep ligt aan jouw kant van de doorgetrokken streep, mag je de doorgetrokken streep overschrijden.
80km weg inhalen motor
  • Bestuurders die een fietsstrook met doorgetrokken streep mogen gebruiken, mogen deze doorgetrokken streep overschrijden.
fietsstrook inhalen

Onderbroken strepen en waarschuwingsstrepen

Als een as- of scheidingsstreep of deelstreep is uitgevoerd als een onderbroken streep, dan mag deze overschreden worden. In dat geval mag je, als dit veilig kan, inhalen of van rijstrook wisselen.

Normaal gesproken is bij een onderbroken streep de streep korter dan de ruimte tussen de strepen. Is de streep langer dan de ruimte tussen de strepen, dan moet je de onderbroken strepen als waarschuwingsstrepen zien. Dit betekent dat je wel mag inhalen, maar dat het inhalen hier gevaarlijker is dan bij een normale onderbroken streep.

normale asstreep

Normale onderbroken asstreep

waarschuwingsstreep

Asstreep uitgevoerd als waarschuwingsstreep

Verdrijvingsvlak

Deze vlakken bestaan uit schuine strepen en mogen niet bereden worden. Verdrijvingsvlakken worden bijvoorbeeld gebruikt op plekken waar een rijstrook eindigt en bestuurders moeten invoegen op een naastgelegen rijstrook.

Puntstuk

Een puntstuk vind je vooral bij invoeg- en uitrijstroken van autowegen en autosnelwegen. Ook hier mag je niet overheen rijden.

Verdrijvingsvlakken en puntstukken verliezen hun functie als ze op een geopende spitsstrook liggen. In dat geval mag er wel overheen gereden worden.

verdrijvingsvlak

Je mag niet over een verdrijvingsvlak heenrijden.

puntstuk

Je mag ook niet over een puntstuk heenrijden.

Voorsorteerstroken, uitrijstroken en pijlen

Voorsorteerstroken liggen bij (grote) kruispunten en verdelen de rijbaan in stroken voor verschillende richtingen. Op de stroken zijn pijlen aangebracht die de richting aangeven. Tussen de stroken in verschillende richtingen wordt blokmarkering aangebracht. Het overschrijden van deze blokmarkering is toegestaan totdat de blokmarkering overgaat in een doorgetrokken streep. Op het kruispunt zelf zijn bestuurders verplicht om de richting te volgen die door de pijl op de gebruikte voorsorteerstrook wordt aangegeven. Voorsorteren voor linksaf en vervolgens op het kruispunt rechtdoor rijden, is dus niet toegestaan.

afbuigende pijl links met hamerkop

Een bijzondere pijl die voor kan komen op de voorsorteerstrook is een pijl met een hamerkopsymbool. Deze geeft in de meeste gevallen aan dat er voor de afslag nog een zijweg ligt. Deze zijweg mag niet ingereden worden. Dit kan bijvoorbeeld een afrit zijn van een autoweg of autosnelweg, of een eenrichtingsweg waar je vanaf deze kant niet in mag rijden.

voorsorteerstroken

Voorsorteerstroken met richtingspijlen. Je mag hier nog wisselen van richting.

pijl met hamerkop

Het voorsorteervak voor linksaf is voorzien van een richtingspijl met hamerkopsymbool. Je mag de eerste zijweg aan de linkerkant niet inrijden.

Uitrijstroken zijn stroken naast de doorgaande rijbaan die gebruikt worden om de doorgaande rijbaan te verlaten, voornamelijk op autowegen en autosnelwegen. Ook deze stroken zijn door middel van blokmarkering afgescheiden van de doorgaande rijbaan.

Zodra er pijlen op de uitrijstrook staan mag je vanaf de uitrijstrook niet meer terug naar de doorgaande rijbaan. Deze regel is er om te voorkomen dat files voorbij gereden worden over een uitrijstrook.

weefstrook

Weefstrook zonder richtingspijlen. Hier mag je nog terug naar de doorgaande rijbaan.

uitrijstrook

Uitrijstrook met richtingspijlen. Je mag niet meer terug de hoofdrijbaan op.

Stopstreep

Bij een kruispunt waar het bord ‘STOP’ is geplaatst, moet er een stopstreep op het wegdek zijn aangebracht. Bestuurders moeten in dat geval voor de stopstreep stoppen, ongeacht of er ander verkeer aanwezig is of niet.

Meestal worden stopstrepen zo aangebracht, dat je vanaf de stopstreep goed zicht hebt op de situatie waarvoor je moet stoppen, zoals een kruispunt of oversteekplaats.

Ook de streep bij een verkeerslicht of overweg wordt een stopstreep genoemd. In dat geval hoef je alleen voor de stopstreep te stoppen als het verkeerslicht op geel of rood staat, of het overweglicht rood knippert.

Haaientanden

Dit zijn voorrangsdriehoeken die op het wegdek zijn aangebracht. Haaientanden betekenen: ‘verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg’. Ze worden meestal in combinatie met bord B-6 gebruikt, maar dit is niet verplicht. Ook zonder dit bord hebben ze dezelfde betekenis.

voorwaarschuwingsdriehoek

Voordat je bij de haaientanden aankomt, wordt de voorrangssituatie soms al aangekondigd door middel van een grote waarschuwingsdriehoek op het wegdek.

stopstreep

Stopbord B-7 met stopstreep.

haaientanden

Voorrangsbord B-6 met haaientanden.

Busbaan en busstrook

Dit is een rijbaan of een rijstrook waarop het woord ‘BUS’ of ‘LIJNBUS’ is aangebracht. Een busstrook wordt van de rest van de rijbaan afgescheiden door middel van een onderbroken of doorgetrokken streep.

In geval van het woord ‘BUS’ mogen alleen bestuurders van lijnbussen en autobussen gebruikmaken van deze rijbaan of rijstrook.

In geval van het woord ‘LIJNBUS’ mogen alleen lijnbussen gebruikmaken van deze rijbaan of rijstrook.

Ook voorrangsvoertuigen mogen gebruik maken van de busbaan of busstrook, omdat zij zich niet aan geslotenverklaringen hoeven te houden mits ze een dringende taak te vervullen hebben.

aparte busbaan 1

Een busbaan ligt apart van de doorgaande rijbaan.

lijnbusstrook

Een busstrook is onderdeel van de rijbaan.

Fietsstrook en suggestie(fiets)strook

Een fietsstrook kan afgescheiden worden door een onderbroken of doorgetrokken streep. Daarnaast moet er een symbool van een fiets op het wegdek aangebracht zijn. Is dit niet het geval, dan is er geen sprake van een fietsstrook maar van een suggestie(fiets)strook. Suggestie(fiets)stroken hebben geen betekenis. Ze mogen door iedereen gebruikt worden. Ook mag je erop stilstaan en parkeren.

Een speciaal type fietsstrook is de OFOS (Opgeblazen Fiets Opstel Strook). Het doel van deze strook is dat zwakkere verkeersdeelnemers zoals fietsers, snorfietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen veiliger en in het zicht van andere bestuurders kunnen voorsorteren tijdens het wachten voor het verkeerslicht

fietsstrook

Een fietsstrook is herkenbaar aan het fietssymbool. Zonder dit symbool is het een suggestie(fiets)strook.

ofos

Op een OFOS blijven fietsers, snorfietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen goed zichtbaar tijdens het voorsorteren bij een rood verkeerslicht.

Gele strepen aan de zijkant van de weg

Gele doorgetrokken en onderbroken strepen kun je tegenkomen op trottoirbanden of rijbaanranden.

  • Naast een gele doorgetrokken streep mag je niet stilstaan.
  • Naast een gele onderbroken streep mag je wel stilstaan maar niet parkeren.
onderbroken gele streep

Gele onderbroken streep op een trottoirband. Hier mag je niet parkeren. Iemand laten op- of afstappen mag hier wel.

gele belijning motor

Gele strepen op het wegdek wordt gebruikt bij wegwerkzaamheden. Dit kan bijvoorbeeld aangeven dat de rijstrook tijdelijk verschoven is. Je moet in dat geval altijd de gele strepen volgen in plaats van de witte.

Gele strepen op de weg

Gele strepen kun je ook op de rijbaan tegenkomen als tijdelijke belijning en markeringen tijdens wegwerkzaamheden. Deze gaan dan boven de plaatselijke witte belijning en markeringen. Houd bij wegwerkzaamheden rekening met lagere maximumsnelheden en smallere rijstroken. Op de autosnelweg is in dat geval de linkerrijstrook vaak smaller.

Blauwe strepen (niet van toepassing op tweewielige motorfietsen)

Blauwe strepen worden op de weg gebruikt bij parkeervakken en parkeerstroken waarbij het gebruik van een parkeerschijf verplicht is.

Geblokte markering

Deze markering kom je tegen op het trottoir bij bushaltes en geeft weer welke ruimte de bus nodig heeft om bij de bushalte te kunnen stilstaan. Daarmee geeft de geblokte markering direct een verbod aan. Ter hoogte van deze markering mag je niet stilstaan, behalve voor het direct laten op- of afstappen van passagiers.

geblokte markering

Ter hoogte van een bushalte vind je vaak geblokte markering.

blokmarkering

Blokmarkering ligt bijvoorbeeld tussen de weefstrook en de doorgaande rijbaan.

Blokmarkering

Dit is wat anders dan geblokte markering. Blokmarkering kom je op het wegdek tegen tussen twee rijstroken, bijvoorbeeld bij invoeg- en uitrijstroken en voorsorteerstroken.

Zigzagstrepen

Dit zijn strepen die op het wegdek zijn aangebracht om je te waarschuwen voor een gevaarlijk punt. Dit kan bijvoorbeeld een oversteekplaats of een gevaarlijk kruispunt zijn. Deze markering zegt niks over de geldende voorrang maar het is in dat geval wel verstandig je snelheid te minderen.

Hulpmarkeringen

Hieronder vallen de markeringen die op het wegdek worden aangebracht als hulpmiddel. Bijvoorbeeld de maximumsnelheden die op het wegdek worden aangebracht. Maar ook de strepen die aangeven dat je een zone in- of uitrijdt en de strepen die een verkeersdrempel markeren vallen onder de hulpmarkeringen.

2761

Zigzagstrepen waarschuwen voor een gevaarlijk punt.

bubek 60km zone

Zone-markeringen zijn een extra hulpmiddel bij de zone-borden.

drempel grijs

Aan deze markering herken je een verkeersdrempel.

Markeringen per wegsoort

Vooral op nieuw aangelegde wegen kun je de maximumsnelheid afleiden aan de strepen. Let wel op dat deze markering puur bedoeld is als hulpmiddel. Zonder borden heeft de markering geen betekenis qua snelheid. Blijf dus op borden letten.

Autoweg

Een autoweg met maar één rijbaan is voorzien van een groene streep tussen de asstrepen. De asstrepen kunnen onderbroken of doorgetrokken zijn. De kantstrepen zijn altijd doorgetrokken.

100km weg doorgetrokken streep

De groene asstreep geeft aan dat je op een autoweg rijdt. De doorgetrokken witte asstrepen geven aan dat inhalen verboden is.

100km weg onderbroken streep

De groene asstreep geeft aan dat je op een autoweg rijdt. De onderbroken witte asstrepen geven aan dat inhalen toegestaan is.

Normale weg buiten de bebouwde kom (80 km/u)

Een 80km-weg heeft normaal gesproken onderbroken kantstrepen en een dubbele asstreep. Deze asstrepen kunnen onderbroken of doorgetrokken zijn.

80km weg doorgetrokken streep

Het ontbreken van de groene asstreep geeft aan dat je op een 80km-weg rijdt. De doorgetrokken asstrepen geven aan dat inhalen verboden is.

80km weg onderbroken streep

Het ontbreken van de groene asstreep geeft aan dat je op een 80km-weg rijdt. De onderbroken asstrepen geven aan dat inhalen toegestaan is.

Weg buiten de bebouwde kom met beperkte snelheid (60 km/u)

Een 60km-weg heeft normaal gesproken onderbroken kantstrepen, deze liggen vaak iets meer richting het midden van de weg. Sommige wegen zijn voorzien van suggestie(fiets)stroken. Een asstreep ontbreekt vaak. Soms zijn deze wegen helemaal niet voorzien van strepen.

60km weg kantstreep

De asstreep is afwezig, wat meestal aangeeft dat je op een 60km-weg rijdt. Zonder bord 60km-zone zou dit echter een normale weg buiten de bebouwde kom zijn en is de maximumsnelheid dus hoger.

60km weg

Op deze weg zijn geen strepen aangebracht, wat meestal aangeeft dat je op een 60km-weg rijdt. Zonder bord 60km-zone zou dit echter een normale weg buiten de bebouwde kom zijn en is de maximumsnelheid dus hoger.

Let op, automatisch vertalen staat aan in jouw browser. Dit kan ongewenste vertalingen geven op deze site. Wij zijn niet verantwoordelijk voor fouten die hierdoor ontstaan in ons lesmateriaal.